Sporthal Groot Schijn, Deurne

Sporthal aan park Groot Schijn

Het gebouw huisvest naast een grote sportzaal ook een multifunctionele bewegingszaal en twee turnzalen. Door de glazen gevel is er vanuit de bewegingszaal en de turnzalen een levendige visuele interactie met het door Stramien ontworpen campusplein en het park Groot Schijn. Het gebouw is zo goed als energieneutraal.

Ontwerp en materiaal

Veel aandacht is besteed om met sobere en subtiele middelen zoveel mogelijk visuele kwaliteit aan het ontwerp van het gebouw toe te voegen. De entree krijgt een verfijnde textuur door de toepassing van metselwerk. Het verspringende patroon in de dichte en glazen delen van de gevel geeft ritme. De blinde gevel heeft een onderste deel dat is bekleed met een metalen golfplaat met een vlakke golf. Daarboven is de golfplaat geperforeerd waardoor het paneel erachter met zijn oranje-oker kleur er soms doorheen speelt.

De maten van de perforatie en de precieze kleurbepaling luisteren nauw maar leveren een intrigerend visueel effect van metaal en warme kleur, zowel van afstand als voor de bezoeker die het gebouw dicht nadert. Zo krijgt het gebouw een gezicht, een expressieve huid. Bovendien is een dergelijke gevel vrijwel onderhoudsvrij.

Duurzaamheid en natuurwaarde

Het is een gebouw dat zelf voor een groot deel in zijn energiebehoefte voorziet en zijn bijdrage levert aan verantwoord waterbeheer. Hemelwater wordt gebruikt voor de spoeling van de toiletten en wat overblijft wordt geïnfiltreerd in wadi's rond het gebouw in de zogenaamde Parkvoeg die langs de entree van de sporthal ligt. De Parkvoeg is de verbinding tussen campus en park.

De oude bomenrij aan de achterzijde van de sporthal blijft staan. De waardevolle boom die moest wijken is verplaatst naar het nieuwe plein.

De sporthal is optimaal geïsoleerd en zorgt toch voor de noodzakelijke ventilatie en klimaatbeheersing.

Silhouet en indeling van het gebouw

De Campus en de Parkvoeg hebben een layout die gebaseerd is op een gebroken stramien dat terugkomt in de vormgeving van groen en paden en door losse alzijdige gebouwen. Hierdoor zullen alle gebouwen zich goed presenteren en toch in een kring kunnen staan rondom de grote open pleinruimte. In dialoog met de kwaliteitskamer van stad Antwerpen is het ontwerp verfijnd.

Sporthal met uitnodigend gezicht

De sporthal moest geen logge en intimiderende doos worden, maar juist een uitnodigend eigen gezicht tonen. De twee ingangen aan de noordzijde bevinden zich onder een uitsnede van het doosvolume die zo een luifel vormt in de gevel. Op de eerste verdieping, waar achter de glazen gevel de twee turnzalen zijn, geeft een verspringend patroon van kozijnen, dichte delen en glas, een levendig beeld. Door de scheiding tussen de voorzijde (met de turnzalen) en de grote sporthal erachter te benadrukken met een knik in het dak die de verschillende hoogtes markeert, was er ruimte voor extra daglicht in de sportzaal.

Met netten is de grote en hoge zaal in drie speelvelden te verdelen. De kleedkamers bevinden zich tussen de twee ingangen. De 35 meter lange houten vakwerk spanten waar het dak op rust, bieden een open structuur voor het egale noorderlicht dat door de extra glaspartijen in het dak binnenvalt.

Achter de turnzalen is een ruimte waar plaats is voor mobiele tribunes voor toeschouwers van de wedstrijden in de grote zaal. Ook hierbinnen is de visuele interactie een belangrijk aspect van het ontwerp.