Nieuws

In memoriam Rein Jansma 1959-2023

Op 17 april 2023 overleed Rein Jansma, hij is 63 jaar geworden.

Omringd door creativiteit

Rein werd geboren in Amsterdam, in 1959, als de zoon van Arie Jansma en Jeanne Nancy (Oekie) van Dulm. Zij was opgegroeid in Nederlands-Indië, had tijdens de oorlog in een Japans interneringskamp gezeten en was nu in Nederland een jonge wiskunde-lerares. Hij was een man van middelbare leeftijd, die in de jaren dertig een internationaal opererend communistisch activist was geweest en in het verzet had gezeten. Na de oorlog was hij aannemer geworden en manifesteerde zich ook als beeldend kunstenaar. Hun eerste kind René, werd gevolgd door een meisje, Benita. René overleed op vierjarige leeftijd. Rein was de derde. Het gezin woonde in een klein huis in de Falckstraat tussen de Reguliersgracht en het Frederiksplein.

 

Nog niet eens leerplichtig, vertrouwde Rein zijn moeder toe dat hij de kleuterschool verschrikkelijk vond en bedacht manieren om thuis te blijven. De lagere school en middelbare school bleken een zo mogelijk nog frustrerender ervaring. Hij volgde een kronkelig parcours naar het eindexamen VWO. Aan aangeboden kennis, prikkels en stimulans ontbrak het niet. Door de vriendenkring van zijn ouders groeide hij op in een milieu van ontwerpers, fotografen, architecten en kunstenaars. Daarbij hoorden bijvoorbeeld Wim Crouwel, Benno Premsela, Cas Oorthuys en Dick Elffers.

In 1969 exposeerde Reins vader onder de titel De Dingen van Arie in het Stedelijk Museum in Amsterdam zijn sculpturen en intuïtieve ontwerpen. Een van de enthousiaste bezoekers was Moshé Zwarts, een Amsterdams architect in dienst van Shell, die op het punt stond lector bouwtechnologie aan de TU in Eindhoven te worden. Moshé en Arie ontmoetten elkaar, bleken geestverwanten en ontwikkelden een hechte vriendschap. Dat leidde tot regelmatige familiebezoeken over en weer.

Zwaluwstaartkubus

Rein nam deel aan deze vrolijke sessies waar werd gediscussieerd en geknutseld, spelletjes werden gespeeld, natuurkundige proefjes gedaan en puzzels opgelost. Moshé boog zich bijvoorbeeld over de manieren waarop een zwaluwstaartkubus zonder holle binnenruimtes kon worden geconstrueerd. Hij bedacht en maakte er een aantal; roterende, met haken op de hoeken, recht en diagonaal schuivende. 

Rein, een jaar of vijftien, zei dat er nog eentje mogelijk was: een schuif via de lichaamsdiagonaal. Moshé dacht van niet, maar Rein liet zich niet afschrikken en knutselde met karton en plakband een model in elkaar waarmee hij naar Moshé fietste om te bewijzen dat het klopte. Moshé was overtuigd: het kon toch.

Moshé en Rein

De verhuizing, kort na elkaar, van beide gezinnen uit de stad naar het landelijke Abcoude, waar ze op een steenworp van elkaar woonden langs de oevers van het Gein, intensiveerde de vriendschap en ook de samenwerking tussen Moshé en Rein. Ze brachten samen veel tijd door in de werkplaats. Door het contact met een vriend van de familie, de bioloog en dichter Dick Hillenius, was Rein gefascineerd geraakt door de biologie, en met name het vermogen van levende organismes om verbluffend efficiënte patronen en structuren te bouwen. Hij schreef zich in voor de studie biologie, maar gedurende het eerste jaar was al snel duidelijk dat Rein geen toekomst voor zichzelf zag als bioloog. Alsnog meldde hij zich aan bij wat toen nog de Technische Hogeschool in Delft heette om bouwkunde te gaan studeren.

 

Trappenboek Stairs

Wonend op een onderverdieping aan de Binnenkant in Amsterdam, pendelde hij naar Delft. Al tijdens het eerste studiejaar eiste het intensieve dubbelleven zijn tol: hij kreeg de ziekte van Pfeiffer. Tijdens de maanden van herstel sneed hij met een klein Stanley mesje uit karton kleine vouwbare sculpturen. Hij maakte een serie pop-ups van verschillende trappen. Via Joost, de zoon van de ontwerper Dick Elffers werd het uitgegeven als een succesvol boek (Stairs) en kwam Rein in aanraking met Rob Malasch. 

Holland Festival

Rob Malasch vroeg hem voor het ontwerpen en maken van een uit beweegbare trappen en ladders bestaand decor voor de Philip Glass opera The Photographer die in premiere zou gaan in het Holland Festival. Van studeren kwam nog maar weinig. Met een vriend maakte hij de decors voor een theaterproductie van de tragedies van Aischylos in Parijs. Hij verrichtte ontwerp- en installatie-werk voor een expositie in Sao Paulo van Pat Steir, de gerenommeerde Amerikaanse schilder. Hij werd geleidelijk deel van de kunstwereld, wilde hij kunstenaar worden?

Maquette modulair pompstation

In 1988 vroeg Moshé zijn hulp bij het maken van een grote maquette waarmee hij de prijsvraag wilde winnen voor het ontwerp voor een modulair pompstation voor Shell. Reins constructieve inzicht en grote handigheid aan de draaibank waren meer dan welkom. 

Berlage Prijs - Abri's Den Haag

Nog veel verder ging de samenwerking bij het ontwerpen van de abri’s voor de Haagse Tramweg Maatschappij. Hun revolutionair transparante, modulaire en flexibele systeem voor meer dan duizend haltes won een jaar later de Berlage prijs. 

Oprichting ZJA

Moshé gaf zijn hoogleraarschappen in Eindhoven en Delft op en het bureau, Zwarts & Jansma Architecten, werd opgericht in 1990. De professor met de grijze krullen en de briljante jonge autodidact kregen als bijnaam Professor Zonnebloem en Lampje. In het volgende decennium groeide ZJA uit tot een succesvol bureau dat zich toelegde op grote en complexe ontwerp-opdrachten.Vooral voor sport en infrastructuur, zoals stadions, tunnels, stations en bruggen. Voorbeelden zijn het metrostation Wilhelminaplein in Rotterdam, de renovatie van de Kuip, het iconische lightrail station aan de Haagse Beatrixlaan, de opblaasbare waterkering bij Ramspol en de kas van de Hortus Botanicus in Amsterdam. 

Rein was de eerste Nederlander zonder diploma die zich officieel architect mocht noemen, zelfs zonder een examen te hoeven doen. Op basis van referenties, zijn verdiensten voor de vernieuwing van de architectuur en zijn portfolio kreeg hij in naam van de koningin ontheffing bij het architectenregister.

 

 

Het gaat in het werk van ZJA steeds om het zo goed mogelijk onderbrengen van stromende bewegingen: van reizigers, auto’s, treinen, fietsers, dieren, van water en lucht. Kenmerkend is het streven naar constructies die bedacht lijken voor deze ene unieke situatie: met zo min mogelijk materiaal, licht en slank en, hoe technisch ook, een vanzelfsprekende uitstraling. Technologie en industrie staan helemaal ten dienste van het menselijk welbevinden, door zichtbaar en verborgen vernuft. Het gedroomde effect is dat van onbekommerde bewegingsvrijheid, verwondering, comfort.

Eind jaren tachtig ontmoet Rein Maartje Nevejan, op dat moment een actrice die zich zal ontwikkelen als documentaire filmmaker. Hun persoonlijkheden en denkwerelden zijn sterk verschillend maar lijken elkaar schitterend aan te vullen, en ze worden een stel. Vanaf het begin van de jaren negentig krijgen ze kinderen: Abel, Noa en Mas.

ZJA is uitgegroeid tot een bedrijf van ruim vijftig medewerkers met meer dan vijftien nationaliteiten. Vanaf respectievelijk 2000 en 2003 werd de directie versterkt door Reinald Top en Rob Torsing, al jaren ZJA-ers, die het bedrijf in architectonisch, zakelijk en organisatorisch opzicht hielpen versterken. In 2009 trad Moshé terug en ging met pensioen. Hij overleed in 2019. Rein werd meer en meer degene die de verbinding levend hield tussen het ontwerpproces dat zich bezighield met de functionele en programmatische eisen en het onderzoek naar nieuwe constructies, materialen en ontwerpmethoden. Digitale vernieuwing, zoals parametrisch modelleren en ouderwets experimenteren in de werkplaats met hout, beton, staal, touw, lasersnijders en 3d printers gingen daarbij hand in hand. Mooie voorbeelden daarvan zijn de Verlengde Waalbrug en de Diamantbeurs in Amsterdam.

Rein kenschetste zichzelf als een überrationalist die leefde vanuit de intuïtie. Zijn voornaamste inspiratie leek te komen uit het zelf-organiserend vermogen in de levende natuur, waar zonder dat er van een ontwerp sprake is de schitterendste structuren en efficiënte oplossingen ontstaan. Voor hem leek ontwerpen idealiter een soort evolutionair proces op topsnelheid, waar toeval, wiskunde, rationele eisen en de onderzoekende omgang met hout, staal, touw, doek en klei een deel van uit maakten. In dat proces was de interactie met anderen, en met andere disciplines cruciaal. 

Man met lenig hoofd en hoogbegaafde handen

Rein was nieuwsgierig naar scheepsbouwers, ruimtevaartontwerpen, kunstenaars en de ontdekkingen van biologen. Die mentaliteit bracht hij in bij alle projecten waar hij bij betrokken was. Binnen ZJA zorgde hij voor wat hij de humus-laag van ZJA noemde: hij regelde tijd en aandacht voor spel, plezier, nieuwsgierigheid en experiment, die uiteindelijk de bron van al het rationele en nuttige ontwerp blijven.

Rein was een man met een lenig hoofd, zei een van zijn partners bij ZJA, en iemand met hoogbegaafde handen. Wie hem in de werkplaats bezig zag dacht een man te zien met vier of acht handen. Een tovenaar met papier en een virtuoos aan de draaibank. 

Hij combineerde de blik van een oude ziel met die van een spelend kind, en had een grondige hekel aan alles wat zweemde naar verplichtingen, ideologische dogma’s, huiswerk of saaie routine. 

Soms nam hij de gedaante aan van een ongeduldig zondagskind, gewend het laatste woord te hebben. Maar wat overheerste was zijn neiging om zijn omgeving en leven zo in te richten dat er ruimte was voor alles en iedereen om zich optimaal te ontplooien en zichzelf te ontdekken.

Zes jaar geleden schrok iedereen van Rein’s mededeling dat hij een ernstige diagnose te horen had gekregen. Wat de aankondiging van een razendsnel verval leek, werd een jarenlang durende aanpassing aan het onvermijdelijke. Open en kwetsbaar, maar ook moedig en opgewekt onderging hij alle behandelingen. Tot het laatste toe bleef hij, al was het maar een uur, zijn bijdrage leveren, door vragen te stellen, prikkelende oplossingen te opperen, mensen met nieuwe kennis in aanraking te brengen of uit te nodigen iets nieuws te doen. Tot het niet meer ging. 

In een toespraak aan het personeel van ZJA zei hij onlangs dat hij na al die jaren wel min of meer vrede had met het feit dat het afgelopen was, maar dat hij gewoon niet weg wilde omdat hij alles en iedereen nog zo leuk vond. De laatste periode stond in het teken van het samen-zijn, thuis, met Maartje en de kinderen, en daar is hij maandag, 17 april 2023, gestorven.

Gerelateerd

Project

Abri's, Den Haag en omstreken

Twaalfhonderd nieuwe abri’s

Lees meer
Project

Nederlands paviljoen, Sevilla

Toen ze in 1990 te horen kregen dat hun ontwerp voor het Nederlandse Paviljoen op de Wereldtentoonstelling Sevilla 1992 was uitverkoren…

Lees meer
Project

Beatrixlaan, Den Haag

Netkous door de stad

Om de wijk Beatrixkwartier beter bereikbaar te maken met openbaar vervoer was er een aansluiting nodig op het netwerk van Randstadrail. In…

Lees meer